Solitair
Ze had in de supermarkt wel tien minuten staan twijfelen voor het rek met de bakproducten. Appeltaart of appelcake? Met roomboter of gezond met kokosolie? Een kant-en-klare mix? En wat waren in hemelsnaam appelmacarons? Uiteindelijk stapte ze op een medewerker af, een lange roodharige man met witte wimpers. ‘Dit is volgens grootmoeders recept. Maar wiens grootmoeder is dat dan?’ vroeg ze.
De man keek haar vreemd aan. ‘Al onze grootmoeders,’ zei hij gniffelend, er toch maar ‘mevrouw’ achter voegend. ‘Vroeger waren de appelcakes lekkerder, dát weet u vast wel. Mevrouw.’ Met een hoofdknikje liet hij haar achter.
Ze zette het artikel terug en pakte een doosje waarop met sierlijke letters Boerencake stond. Ze legde het in haar mandje. Zo leuk was haar grootmoeder niet geweest. Even schaamde ze zich toen ze dezelfde medewerker in het volgende gangpad weer tegenkwam. Had ze maar niets gevraagd. Nu dacht hij vast dat ze meer van boeren hield dan van haar eigen grootmoeder.
Het was half januari en er scheen een waterig zonnetje. Een akelig koude wind trok door de straten. Ze zette haar kraag op. Toen ze bij de HEMA langs een groepje jongeren moest lopen, versnelde ze haar pas en hevelde ze haar
boodschappentas over naar de andere kant. Ze keken niet op van hun mobieltjes. Wat zouden ze daar op lezen? Even fantaseerde ze daarover, zodat ze de supermarktmedewerker uit haar gedachten kon verjagen. Ondertussen lette ze goed op dat ze niet op de randjes van de stoeptegels stapte. Bij haar flat lagen grotere tegels, dan was het toch gemakkelijker.
Ze besloot een rondje door De Tuinen te lopen om de etalages van de modewinkels te bekijken. Bij elke winkel nam ze de tijd om de kleuren en de vorm van de setjes op de modepoppen te benoemen. Veel harde kleuren in patronen en lange rokken. Thuis zou ze besluiten wat voor kledingstuk ze dit voorjaar zou gaan aanschaffen. Ze liep langs het plein en zag voor de kerk een groep mensen in feestkleding staan, sommigen stampend van de kou. Ha, een trouwerij! Een jonge fotograaf huppelde om het groepje heen en drukte voortdurend af. Ze ging bij twee andere toekijkende vrouwen staan en zette haar tas op de straat. Het bruidspaar was nog niet te zien. De wachtende bruiloftsgasten probeerden leuk te doen tegen elkaar en lachten luidruchtig. Drie stevige, blonde jongedames staken hun hoofden bij elkaar en riepen met schelle stem ‘Cheese!’ naar de fotograaf. Ze hadden alle drie een kledingstuk met tijgerprint aan. De dikste, die met de gevlekte bontjas, loeide: ‘Láche!’
Onwillekeurig glimlachte ze breed mee. Toen de vrouwen naast haar tegen elkaar ‘Wat een del’ sisten, sloeg ze gauw een hand voor haar mond en maakte een soort hoestje van haar lach. Vroeger had ze twee van zulke brutale meisjes als klasgenootjes gehad. Ze bewonderde hen, ook al zagen die meiden – die de meester durfden tegen te spreken en altijd met luide stem spraken – haar niet staan. Ze had het knap gevonden hoe zij altijd weer een snedig antwoord paraat hadden. Ook hun lichamen wisten overal raad mee, of ze nu gymles hadden of een knappe jongen tegenkwamen. Ze had hen geobserveerd en thuis voor de spiegel proberen na te doen. De ene had forse benen gehad, nog dikker dan die jongedame met tijgerprintlegging. Toch had die meid gewoon meegedaan aan de turnshow in De Pijl waar het halve dorp op de tribune toekeek. Ze verstrakte bij die herinnering en strekte haar wijsvinger alsof het een pistool was. In gedachten vuurde ze kogels af, zag ze blonde hoofden exploderen. Schichtig keek ze om zich heen, pakte haar tas en liep verder. Naar huis, waar het koffieapparaat op haar wachtte.
Leef meer, denk minder. Zo heette het boek dat ze pas bij de bibliotheek geleend had. De stelling van de schrijfster was dat piekeren en te veel analyseren eigenlijk de enige oorzaken van depressie vormden. De oplossing luidde: stel een piekertijdslimiet in voor jezelf. Ze had het geprobeerd, tot ze radeloos werd van de nieuwe gedachte: waar mag ik dan wel aan denken? Positieve herinneringen zouden helpen, volgens het boek. Ze had alle fotoboeken uit de tijd toen de kinderen klein waren tevoorschijn gehaald. Albert had nog over de rommelige tafel geklaagd omdat hij net die dag vroeg thuiskwam. De foto’s van hun zeldzame vakanties en uitjes, de lachende gezichtjes boven de verjaardagkaarsjes, ja zelfs hun trouwreportage; ze had alles uren bekeken. Maar ze zag alleen de ‘negatieven’: de afwezigheid van haar ouders op verjaardagen of het strakke gezicht van Albert naast de blije kindergezichten. Zelfs het ontbreken van rimpels en vetrollen bij zichzelf viel haar op, terwijl ze zich toentertijd al niet om aan te zien vond.
Toch had ze er iets van geleerd: ze moest zelf haar leven soepel maken, voor verrassingen zorgen. Daarna had ze alle keukenkasten anders ingericht en had ze besloten elke week een ander tuinderskraampje te kiezen voor groenten. In de bibliotheek koos ze elke week blind een nieuw boek, in de supermarkt moest ze elke keer twee onbekende artikelen in haar kar leggen en thuis gebruiken voor een nieuw recept. Zo gaf ze betekenis aan haar werk, het huishouden. Dat ze te oud was om na haar ontslag ander werk te vinden vond Albert prima, maar zij wist wel beter. Ze telde niet meer mee.
De belangrijkste ontdekking was dan ook haar nieuwe bezigheid op de computer tussen het Solitair spelen door: ze vulde online enquêtes en opinieonderzoeken in. Anoniem en altijd prijs! Dat ze er elke maand wel tweehonderd euro mee verdiende was haar geheim. Maar ze beleefde nog meer plezier aan het invullen. Vooral in vragen over huisinrichting en opvoeding was ze goed, al heette dit nu lifestyle en educatie. Ook reclames beoordelen was fijn, hoewel ze er zelden positief over was.
Ze had haar profiel ingevuld bij vier verschillende bureaus. Die hadden haar het hemd van het lijf gevraagd – bijvoorbeeld welke abonnementen ze ooit had gehad – maar zelfs dat uitzoeken en invullen had ze een prettige bezigheid gevonden. Een gemiddelde enquête leverde circa twee euro op. Minimaal vier per dag was haar doel. Veel onderzoeken beloofden geen geld maar prijzen, zoals de kans op een verre reis of een laptop. Die vermeed ze. Eén keer had ze dierenvoeding ter waarde van vijfhonderd euro gewonnen. Die had ze aan de manege gegeven. Liefst ontving ze geld, of anders cadeaubonnen. Maar dat ze haar meningen op een rijtje zag staan was de grootste beloning.
Vanmiddag stond er een grote enquête van omroep Max op haar programma, maar eerst ging ze haar boodschappen een leuke plek geven en het recept voor de appelcake lezen. Dat kostte vast veel tijd, zo’n cake. Het was haar plan om de cake in te vriezen tot ze iets te vieren hadden, of anders tot moederdag. Ze moest alleen niet te lang treuzelen, want dit bureau stopte na duizend deelnemers, dus moest ze de enquête invullen voor ze daadwerkelijk de cake zou bakken. Vroeger had ze tijd genoeg gehad voor haar gezin en haar werk in de apotheek. Nu sijpelde de tijd steeds tussen haar vingers door en was ze elke keer moe als ze even ging zitten na een karweitje. Ze vroeg zich af of andere vrouwen dat ook hadden.
Terwijl het koffieapparaat gorgelde en druppelde ruimde ze de boodschappen op. De koffie dronk ze zittend op Alberts draaistoel voor het raam. De lucht was nu helemaal donkergrijs, er vielen voorzichtige sneeuwvlokjes. Bij dit weer was het dak van de veiling niet te zien. Bij helder week genoot ze altijd van het hoog over al die huizen en dat wriemelende verkeer uitkijken. Alleen de lift, die voelde steeds meer als een hindernis. Iedere keer als ze uit het donkere hokje de lichte galerie opstapte herademde ze even, alsof ze het weer gehaald had.
Ze dacht aan afgelopen nacht, hoe ze na haar gebruikelijke nachtelijke pauze met thee verbaasd had vastgesteld dat Albert op haar helft was gaan liggen. Hij lag er zacht te snurken. Ze was geïrriteerd op zijn helft gekropen, op het gekreukelde hoeslaken en het naar zweet ruikende kussen. Inslapen was niet meer gelukt. Ze wist het nog precies, het was vijf over vier toen ze zachtjes de slaapkamer weer was uit geslopen en achter de computer was gaan zitten. Het eerste onderzoek dat tevoorschijn kwam ging over ‘Seks en intimiteit’. Ze had de computer plompverloren uitgedrukt en was op de bank gaan liggen lezen. Albert had haar niet eens opgemerkt toen hij om zeven uur door de kamer slofte, op weg naar de keuken.
Nu nam ze plaats achter haar computer. Het onderzoek van Max ging gelukkig over iets heel anders: de programma’s Nederland in Beweging en de Max Geheugentrainer. ‘Naarmate iemand ouder wordt, wil het geheugen nog wel eens iets minder scherp worden,’ aldus Max. Zie je wel, het lag niet aan haar. Misschien moest ze eerst een aflevering terugkijken. Ze had dit programma nog nooit opgemerkt, terwijl het toch elke ochtend om half elf uitgezonden werd. Dus net na de koffie, een dood punt in de ochtend.
Ze pakte nog een stroopwafel en startte de laatste aflevering op. Bij de tweede vraag moest ze een reeks voorwerpen bekijken en onthouden. Echte huishoudelijke dingen zoals een breiwerk en een grote zwarte kam, net eender als die haar moeder vroeger had gehad. Alleen zat daar altijd een klittenbosje grijs haar in en op de tanden wat bruinige aanslag. Om de paar weken legde moeder de kam in een azijnbadje. De harenklit bewaarde moeder voor haar, omdat ze toen witte muizen in een kooi in haar kamertje had. Daar maakten de muizen kunstige nestjes van.
Van Albert hadden de kinderen nooit huisdieren mogen houden. Hij was allergisch voor harige dieren, beweerde hij. Soms droomde ze over nestjes jonge muizen of over de aanhalige, dikke kater die haar oma had.
Langzaam stond ze op en liep naar het raam, naar het uitzicht over het dorp. De tranen kwamen vandaag vroeger dan anders.