Bovenburen

We waren blij met het appartementje. Als je dwars door de tuin liep, was je binnen een minuut in het restaurant. Het strand lag vijf minuten de andere kant op. Vanaf ons balkonnetje zagen we de ligbedden bij het zwembad. Zo kon ik precies zien wie de bedden vroeg in de morgen reserveerden met een handdoek. De keuken was redelijk compleet. We misten alleen een kaasschaaf. Het was er wel gehorig. De linkerbuurman hoestte en schraapte zijn keel vaak. De rechterbuurman snurkte.

Maar dat was niets vergeleken bij de bovenbuurvrouw. Op de tegelvloer klonken haar hakken als gehamer. Omdat het de eerste dag regende, moesten we binnenblijven. Urenlang bonkte het geluid heen en weer. De vrouw hield van hygiëne. Dat vertelde haar man de tweede ochtend ons. Daarom maakte ze eerst alles schoon in een vakantiehuisje. Blijkbaar hield ze ook van blokhakken. Misschien was het een fobie. Bonk, bonk, bonk.

Na twee dagen begonnen we te raden wat ze deed. Kon schoonmaken zolang duren? Ze was aan het herinrichten. Dacht ik. Nee, ze had een stappenteller en wilde niet naar buiten. Dacht mijn man.  Ook ’s nachts liep buurvrouw regelmatig op haar hakken. Liggend in mijn te harde bed volgde ik de route die buurvrouw liep. Ik bedacht erbij wat ze deed. De droge was opvouwen? De ontbijttafel dekken? De slaap haalde ik overdag in op mijn ligbed. Tot ongenoegen van mijn man.

De vierde dag lag ik alleen aan het zwembad want mijn man had buikgriep. Buurvrouw verscheen. Ze had een volmaakt slank en bruin lichaam, droeg alleen een witte bikini en zilveren plateauslippers. Ze installeerde zich in de schaduw op een zwart badlaken, haar grote rieten strandtas aan het hoofdeinde. Na een uurtje lezen haalde ze zwemschoentjes uit de tas. Ze trok ze aan en liet zich in het warme water glijden. Na het zwemmen verwisselde ze de schoentjes voor hoge pumps. Ook uit de tas. Ze wankelde enigszins toen ze het pad naar het restaurant afliep. Op ons balkonnetje stond mijn man te roken. Hij keek haar na.